“Waarschijnlijk wordt geen enkele sector zo geviseerd als de landbouwsector die langs alle kanten onder druk staat. Maar laat ons niet alleen focussen op het negatieve. Als we onze consumenten warm willen maken, dan moeten we ook de
mooie verhalen van de landbouw vertellen. Zolang we maar eerlijk blijven…”. Piet Vanthemsche kent de Vlaamse landbouw door en door. Hij weet hoe moeilijk het is om landbouw in een positief daglicht te zetten. “De plofkip is qua ecologische voetafdruk het minst schadelijke product en toch wordt ze zo gecontesteerd. Uiteraard snap ik die commotie, dierenwelzijn is minstens even belangrijk als duurzaamheid en circulariteit. Maar het toont wel dat velen onder ons alleen naar landbouw kijken vanuit het perspectief dat hen interesseert. Jammer genoeg zit er erg weinig nuance in het debat. Dat moet anders, er is dringend een globale kijk nodig.”
Aan het woord: Piet Vanthemsche
“IEDEREEN HEEFT ZIJN ROL TE SPELEN, NIET ALLEEN DE BOER.”
IDENTIKIT
- Dierenarts
- Gewezen gedelegeerd bestuurder van het Federaal Agentschap voor de Voedselveiligheid
- Gewezen voorzitter Boerenbond
- Vrijwillig voorzitter Belgische Federatie van Voedselbanken
“WE MOETEN NIET ALTIJD NOSTALGISCH DOEN OVER HOE HET VROEGER WAS TOEN ALLES NOG KLEINSCHALIG WAS. TERUGGAAN NAAR TOESTANDEN WAARBIJ DIEREN HET GROOTSTE DEEL VAN DE DAG MOESTEN DOORBRENGEN IN KOUDE TOCHTIGE STALLEN, DAT WIL JE NIET.”
Dat er van oudsher zoveel te doen is rond landbouw, is volgens Vanthemsche te wijten aan een aantal factoren. “Vooreerst hebben we een echte spagaathouding als het gaat om onze omgang met dieren. Enerzijds omarmen we het als een extra gezinslid, anderzijds moeten we het opeten om in ons levensonderhoud te voorzien. Het feit dat dieren voor een stuk vermenselijkt worden, maakt het extra moeilijk om op een neutrale manier naar vleesproductie te kijken. Bovendien is er geen enkele sector die zo zichtbaar aanwezig is in de maatschappij als de landbouw. Alles gebeurt in open lucht, waar je meteen ook de impact op natuur en milieu ziet. Dat is bij fabrieken wel anders.”
Het is daarom niet verwonderlijk dat er heel wat negatieve verhalen de ronde doen rond landbouw. Nochtans is de vooruitgang van de laatste 40 jaar ongelooflijk groot volgens Piet Vanthemsche. “We moeten niet altijd nostalgisch doen over hoe het
vroeger was toen alles nog kleinschalig was. Zo is ons dierenwelzijn er sterk op vooruit gegaan. Teruggaan naar toestanden waarbij dieren het grootste deel van de dag moesten doorbrengen in koude tochtige stallen, dat wil je niet.” “In de landbouw gebeurt dus ook heel veel moois. Het is niet alleen kommer en kwel. Het is op die verhalen dat we ook eens mogen focussen in onze communicatie naar de consument toe. Wat is er verkeerd aan trots zijn? Alleen moet onze communicatie altijd eerlijk blijven. We kunnen de aandacht nu volledig richten op de korte keten, maar dat staat maar voor 7% van de totale productie. Dat is erg waardevol, maar wie zegt dat alles korte keten is, die doet aan green washing.”
Piet Vanthemsche roept op om met de ganse keten aan de slag te gaan om de uitdagingen van de toekomst aan te pakken. Vooral op vlak van mengvoeders is er volgens hem nog heel wat vooruitgang te boeken. “Een belangrijke horde die we moeten nemen, is het minder afhankelijk worden van eiwitten uit het buitenland. Maar ook de impact op de uitstoot van CO2 is een belangrijk aandachtspunt, niet alleen bij de productie maar ook bij het verdere leven van het product.” Nu kijkt men enkel naar de boer om die uitdagingen aan te pakken, maar dat moet in de toekomst anders. “Iedereen heeft zijn rol te spelen, niet alleen de boer. Zo is het goed dat een bedrijf als Belgian Pork Group het thema internaliseert. Het is gedurfd dat ze het voortouw nemen om ermee aan de slag te gaan.”
“Maar ook de overheid moet zijn verantwoordelijkheid opnemen.Zij moet instaan voor zowel een normatief als een regulerend kader. Het normatieve moet ervoor zorgen dat er een betalingsbereidheid komt bij de consument. Voor dierenwelzijn zijn we al bereid om meer te betalen, dat moet straks ook het geval zijn voor producten die duurzaam en circulair gemaakt zijn. Vergelijk het met onze pakjesdiensten: als we onze bestellingen snel aan huis willen, dan moet die kost doorgerekend kunnen worden naar de eindgebruiker toe. Maar daarnaast moet er ook een regulerend kader komen. Dat kan je door bijvoorbeeld een label rond circulaire voeding te ontwikkelen.”
“VOLGENS DARWIN IS HET NIET DE STERKSTE, MAAR DE MEEST WENDBARE DIE OVERLEEFT. DE OVERREGLEMENTERING DIE MOMENTEEL HEERST IN DE LANDBOUWSECTOR, STAAT DIE WENDBAARHEID HEEL VAAK IN DE WEG.”
Dat wetgevend kader moet wel met de nodige omzichtigheid uitgebouwd worden volgens Vanthemsche. “Volgens Darwin is het niet de sterkste, maar de meest wendbare die overleeft. De overreglementering die momenteel heerst in de landbouwsector, staat die wendbaarheid heel vaak in de weg. Ingrijpen mag dus, maar dan wel op een intelligente manier.” Bedrijven organiseren zich steeds beter om circulair bezig te zijn. Dat merkt Piet ook in zijn andere, vrijwillige functie als voorzitter van de Belgische Voedselbanken. “We zien dat ook voedingsbedrijven zich beter organiseren en meer en meer de weg vinden naar initiatieven als de onze. En dat is maar goed ook. De omzet van onze voedselbanken is de laatste jaren jammer genoeg verdubbeld. De armoede neemt met andere woorden toe. Daarom is het een van de grootste uitdagingen om met de hele keten fenomenen als voedselvernietiging en -verspilling tegen te gaan. Want er zijn nog zoveel mensen die het kunnen gebruiken…”
PIET VANTHEMSCHE OVER DE BELGIAN PORK ACADEMY:
“Ik was aangenaam verrast door de openheid van het debat. Er waren geen taboes die namiddag. Iedereen luisterde naar elkaar en dat is een belangrijk fundament om op te bouwen.”